
Duidelijke taal
Klanten krijgen vaak een lange uitleg die volgepropt zit met technisch jargon. Daar houd ik niet van, ik doe dat anders.

Klanten krijgen vaak een lange uitleg die volgepropt zit met technisch jargon. Daar houd ik niet van, ik doe dat anders.

Herken je dit? Twee (IT) leveranciers kibbelen over jouw hoofd heen over een probleem of project. Leverancier A vindt dat leverancier B het niet goed doet, en andersom. Ze bestoken elkaar met allerlei vakjargon en intussen wordt jouw probleem niet opgelost of loopt je project vertraging op.

“Een projectplan is maar een papieren tijger. We moeten het nog wel even vaststellen, maar daarna gaan we gewoon ‘ons ding’ doen en kijkt er niemand meer naar”.
Deze mening, van een projectleider, bevreemde mij. Een projectplan, vind ik helemaal geen papieren tijger.

We moeten open source producten gebruiken, want we moeten werken met open standaarden.”
Een argument dat ik vaak heb gehoord, en waar ik het niet mee eens ben.

Elke internetaansluiting heeft een eigen IP adres. Maar een IP adres is niet zo makkelijk te onthouden.

API staat voor Application Programming Interface. API’s worden gebruikt om verschillende software onderling te laten communiceren. Via een API kan functionaliteit van software gebruikt worden,

Twee-factor authenticatie houdt in dat de applicatie of website waarbij je inlogt een extra check doet om te controleren of jij inderdaad de gebruiker bent die probeert in te loggen.

“‘De Cloud’ bestaat niet” en “the cloud is just someone elses computer”. Zomaar wat kreten die ICT-ers er wel eens uit willen gooien als het over ‘de cloud’ gaat. Maar wat is ‘de cloud’ dan?

Soms lijkt het net alsof je telefoon je afluistert en jij daarna gerichte reclame krijgt. Is dat nu echt zo of lijkt dat maar zo?